Ik mocht bij Stichting Thuisbasis de Klaproos aanschuiven voor een high tea met vrouwelijke veteranen. De high tea werd voorafgegaan door een wandeling door de prachtige Betuwe. Thuisbasis de Klaproos is een stichting die zich richt op vrouwelijke veteranen en wordt gerund door Jacqueline. Jacqueline is zelf ook veteraan en heeft bij de marine gediend.
Door Judith Wentink
Het doel bij De Klaproos is om deze dames een veilige en gezellige plek te bieden om ervaring uit te wisselen op een open manier. Volledig zichzelf kunnen zijn is heel erg belangrijk voegt Jacqueline toe. We willen een verbindende factor spelen voor mens – vrouw – veteraan, waarbij vertrouwen centraal staat.
De Blokhut
De high tea voor deze middag wordt genoten in de sfeervolle blokhut die prachtig is gelegen in het Betuwse landschap. De vuurkorf, buiten in de tuin, gaf meteen al de warmte die ik de rest van de middag heb gevoeld. Wat een leuke dames en dan heb ik het nog niet eens over de verhalen die loskwamen.
Tijdens mijn introductie geef ik aan, dat ik de vrouwelijke militair graag wat meer in de aandacht breng. Zelf doe ik dat als reenactor, waarin ik het liefst de eerste militaire vrouwen in de krijgsmacht uitbeeld. Veelal rondom de Tweede Wereldoorlog en Nederlands-Indië. Gelijk word ik bijgesprongen door verhalen van voorvaderen en kennissen waardoor ik een heel vertrouwd gevoel krijg. Opvallend is, dat deze vorige generatie niet leek te mogen praten. Pas op latere leeftijd wordt er mondjesmaat iets gedeeld. Gelukkig zijn die tijden veranderd en is het nu wél geaccepteerd om over je uitzending te praten.
En met wie had ik dan te maken?
Het gezelschap bestond uit twee landmachters en vier vrouwen van de marine. Allen waren op minstens één uitzending geweest, maar de meesten wel op drie of vier. De marinedames hebben ook allemaal meer dan 25 jaar gediend, waarvan één dame zelfs 40 jaar en een andere maar liefst 35 jaar.
Een van hen is nog als Marva begonnen. De Marva (Marinevrouwenafdeling) is tot december 1981 de vrouwelijke tak van de marine geweest. Daarna is het overgeheveld naar de Marine en dienden dames en heren naast elkaar.
Dat deze dames een pad hebben gemaakt voor de vrouwen die vandaag de dag dienen werd mij vrij snel duidelijk toen de “proef” met de Zuiderkruis ter sprake kwam. Dit was de eerste keer dat de Marva aan boord van een schip ging waar voorheen louter mannen zaten. Alle vooroordelen zijn de revue gepasseerd. De dames kregen het dringende advies zich voorbeeldig te blijven gedragen want ze liggen immers onder een vergrootglas. Elke misstap zou publiciteit met zich meebrengen om hen in verlegenheid te brengen. We mogen deze marinevrouwen van het eerste uur enorm dankbaar zijn dat zij deze hobbels wisten te trotseren.

Deze meeste dames zijn niet in groepsverband of met hun eigen eenheid uitgezonden geweest, maar op individuele uitzending. Soms samen met een buddy, maar vaak echt helemaal alleen. Zo op zichzelf, dat ze zelf het vervoer vanuit Nederland naar de compound moesten regelen. Dan kom je dus in je eentje in een lopende operatie waar alleen maar buitenlandse mannen zitten. Dit zorgt voor ongemakkelijke, maar ook zeer verrassende situaties. Het advies is om niet “one of the guys” te willen worden want dat lukt toch niet.
Ze vonden vaak snel hun plekje en hadden ook soms een betere band met de mannelijke collega’s. Zo was een Afrikaanse collega oprecht nieuwsgierig naar het leven van deze dames, want hun eigen vrouwen zijn minder opgeleid en zullen nooit een dergelijke baan hebben. Toen ter sprake kwam, dat deze marinevrouw “maar” twee kinderen had, leek het alsof de Afrikaan dat ook wel sneu vond.
Ik merk tijdens de gesprekken dat het opvallend vaak over eten gaat. Nu zitten we aan overheerlijke pompoensoep, eigen gemaakte broodjes, een hartige muffin en zelfs zelfgebakken chocoladekoekjes en fruit. Maar het valt mij op, dat ik toch de vraag “ Maar jullie eten op de missie was toch vast ook heel goed?” stel. De dames worden even stil. Jacqueline, als voormalig logistiek officier en aan boord verantwoordelijk voor het eten en drinken, zegt dat eten heel belangrijk is. Het is het eerste waarover men klaagt als het niet “goed” is en men voor langere tijd van huis is. Je kan niet je eigen menu en gevulde koelkast bepalen. Maar dan komt het.
Bij het individueel op missie gaan komt nog een ander belangrijk aspect om de hoek kijken, namelijk het zelf regelen van eten. Eten is belangrijk voor het moraal en dus essentieel. Gelijk dacht ik aan het liedje van Lou Bandy, “Wie heeft er suiker in de erwtensoep gedaan….”. Maar alleen op missie is vaak ook zelf voor je eten zorgen. Als je geluk hebt is er een kantine voor een broodje overdag maar avondeten is er soms niet voor je. Dan word je creatief. Eten laten opsturen vanuit Nederland. Zo heb je in ieder geval een voorraad. En altijd zorgen dat je de beschikking hebt over een noodrantsoen.
Dienstdansen
Een tijdje geleden deed ik onderzoek naar het VAC, het Vrouwen Automobiel Corps in voormalig Nederlands-Indië. Dit korps heeft bestaan van 1940 tot 1942. Deze dames zijn een hulpleger van vrouwelijke chauffeurs. Ze volgen een technische opleiding bij General Motors en halen hun vrachtwagenrijbewijs. Op een van de oefeningen waarbij de dames de manschappen vervoeren, wordt bij de paklijst duidelijk vermeld dat ze een mooie avondjapon mee moesten nemen. Het ongenoegen was niet van de lucht maar er zat weinig anders op. Orders zijn orders…
Op één van de avonden worden deze chauffeurs dan ook opgetrommeld voor dienstdansen met de hogere officieren. Het wordt een ongemakkelijke avond waarvan de dames blij zijn dat hun “taak” erop zit en het uniform weer aankan. Nogmaals: ik spreek hier over de begin jaren ’40.
Maar wat schept mijn verbazing.. Ik hoor van de marinevrouwen soortgelijke verhalen. Het begint met verplichte dansles voor officieren onder het mom van het aanleren van sociale vaardigheden. Dit mag wel in uniform en uiteraard nemen ook de mannelijke collega’s deel.
Maar zijn de dames eenmaal aan boord en ligt het schip in een haven afgemeerd, dan is er vaak wel een buitenlands militair schip of het eigen schip dat een partijtje aan boord houdt, waar natuurlijk relatief weinig vrouwen verkeren. Dit werd opgelost door het sturen van een oproep naar een ander schip (en desnoods nog naar een plaatselijk ziekenhuis of universiteit) met een “logistic request for uncompanied lady’s”. Een blik der herkenning zie ik bij alle marinevrouwen. “We stonden erop om in uniform te gaan en we weigerden alcohol te drinken”. Al was dat laatste een goeie poging, maar klaarblijkelijk werd de borrel gewoon bij de jus d’orange ingegoten. Als ik vraag naar de periode waarin dit speelde, zit ik bijna bovenop tafel. “Nou bij mij nog wel in de jaren ’90”, hoor ik een van hen zeggen.

Verbondenheid bij Thuisbasis de Klaproos
Stuk voor stuk zijn dit zulke stoere vrouwen! Zij hebben echt gezorgd dat de drempel tussen man en vrouw in de krijgsmacht een stuk kleiner is geworden. De positiviteit die ze uitstralen laat mij bruisen van energie. Ik ben erg dankbaar dat ik deze middag mocht ervaren. Wat deze bijeenkomst zo speciaal maakt is de verbondenheid en het vertrouwen. En voor nu toch ook, militaire dames onder elkaar.
Nederland telt (januari 2020) rond de 5800 Nederlandse vrouwelijke veteranen. Thuisbasis de Klaproos is er voor deze vrouwen. Ik kan het dan ook alleen maar aanmoedigen om eens langs te gaan of deel te nemen aan een activiteit die ergens anders in het land wordt georganiseerd. Ze zitten in een prachtige omgeving waar je kunt wandelen en fietsen. Ook regelt De Klaproos met regelmaat bijeenkomsten met een sportief deel en een afsluitend deel die de inwendige mens versteld laat staan en daarnaast lezingen, workshops en themabijeenkomsten. Van, voor en door vrouwelijke veteranen met de focus op gezelligheid, herkenning, vertrouwen en empowerment.
Contact en adres
E-mail: Info@thuisbasisdeklaproos.nl
Website: thuisbasisdeklaproos.nl
Facebookpagina: Thuisbasis de Klaproos
Blokhut
Akkersestraat 2
4061 BH Ophemert
(nabij Tiel op de Betuwe)