HCSS: Het belang van de Noordzee

Het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) publiceert jaarlijks meerdere studies rond de thema’s geopolitiek, defensie en veiligheid. In deze Militaire Courant publiceren wij een beknopte versie van het rapport ‘The High Value of The North Sea’.

Nederland is het vijfde exportland en zevende importland ter wereld. Meer dan zeventig procent van onze import komt met zeetransport; zo’n twee derde van onze export verlaat Nederland eveneens weer over het water (binnenvaart en zeetransport). Daarom heeft Nederland als zeventiende economie van de wereld een groot belang bij de zee. Oceanen, zeeën en zeestraten verbinden werelddelen. Het zijn de belangrijkste wegen tussen landen, waarover ruim negentig procent van de wereldhandel wordt vervoerd. Het zijn de toevoerroutes naar Rotterdam, de grootste haven van Europa en de vierde op
de wereldranglijst (na Singapore, Sjanghai en Tianjin). De Noordzee is voor Nederland het begin, en het eindpunt, van deze cruciale toevoerroutes. En op die vaarroutes wordt het steeds drukker. Maar er gebeurt veel meer op de Noordzee.

De Noordzee verstedelijkt namelijk in hoog tempo. Steeds meer vitale processen – zoals energieopwekking en internetinfrastructuur – vinden hier plaats. Onderzoekers van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS) concluderen in het rapport ‘The High Value of The North Sea’ dat deze ontwikkeling gepaard gaat met veel nieuwe kwetsbaarheden en (nationale) veiligheidsrisico’s.

Druk bezet

Gas- en oliewinning blijft voorlopig een belangrijke economische activiteit op de Noordzee. Dat geldt voor zowel het Nederlandse deel van het Continentaal Plat als voor die van onze buren. Deze activiteit gaat wel afnemen door de energietransitie. Een snel
opkomende energiebron, met een groot oppervlaktebeslag, is windenergie. De windparken leveren steeds meer energie, maar de molens, en de kabels op de zeebodem, zijn kwetsbaar. Op diezelfde zeebodem vinden we niet alleen gas- en olieleidingen en elektriciteitskabels, maar ook datakabels. Nederland is een digitaal knooppunt en de enen en nullen die daarvoor nodig zijn gaan via grote kabels over de zeebodem
naar onze buren.

De Noordzee is voor Nederland
het begin, en het eindpunt,
van cruciale toevoerroutes.
En op deze vaarroutes wordt
het steeds drukker.

Vis is op het menu een belangrijke bron van eiwit, maar de Nederlandse visserijsector zit in zwaar weer. Voor de visserij is steeds minder ruimte beschikbaar. Nederland moet zich met waterstaatkundige werken beschermen tegen de zee. Daar zijn materialen voor nodig, waaronder zand. Dat zand wordt gewonnen van de Noordzeebodem. De Noordzee kent veel beschermde natuurgebieden, bedoeld om de daar levende organismen te beschermen. Om oefeningen en training van de krijgsmacht te faciliteren zijn er
op de Noordzee militaire oefengebieden.

Veiligheidsrisico’s

Grote delen van de Noordzee zijn vrij toegankelijk. Dat brengt het risico met zich mee dat er ook activiteiten plaatsvinden die het daglicht niet kunnen verdragen. Smokkel, van goederen en mensen, is een veelvoorkomende criminele activiteit op zee. De nieuwe infrastructuur op de Noordzee is bovendien kwetsbaar voor cyberaanvallen en (onderzeese) sabotage door criminele en terroristische organisaties, of door misschien zelfs staten als Rusland, die de datakabels op de zeebodem kunnen saboteren of
aftappen.

Naarmate de omvang, diversiteit en het belang van op zee gebaseerde infrastructuur en activiteiten toenemen, of het nu windturbines, onderzeese kabels, waterstof offshore platforms, energie-eilanden of onderwater datacenters zijn, worden ze dus ook steeds nuttigere doelwitten voor zowel statelijke als niet-statelijke actoren. Bij escalerende conflicten tussen staten of bondgenootschappen kan de Noordzee het toneel worden
van gewapende strijd. Grote delen van het Nederlandse vasteland zijn bereikbaar voor wapensystemen ingezet vanaf oorlogsschepen. Maar ook heimelijke sabotageacties kunnen vanaf de Noordzee uitgevoerd worden tegen Nederlandse doelen op het land.

Bescherming

Voor de bescherming van al deze belangen en het tegengaan van misbruik op de Noordzee heeft Nederland de beschikking over de kustwacht en de Koninklijke Marine. Samen werken deze organisaties aan preventie, detectie en bescherming. Ze komen in actie als dat nodig is, en doen dat vaak gezamenlijk. Deze samenwerking wordt steeds intensiever. Tegen sabotage en cyberaanvallen optreden is lastig op zee, aangezien de marine en kustwacht slechts beperkte capaciteit hebben en buiten de 12-mijlszone
vrijwel niet (preventief ) mogen handhaven. Waar de veiligheidsdriehoek op land een bekend fenomeen is, bestaat een beproefde veiligheidsstructuur op zee niet.

Waar de veiligheidsdriehoek
op land een bekend fenomeen
is, bestaat deze veiligheidsstructuur op zee niet.

Conclusie

In het rapport ‘The High Value of The North Sea’ identificeren de onderzoekers van
HCSS bovenstaande trends in de groei van op zee gebaseerde activiteiten. Het rapport concludeert dat Nederland in zijn veiligheidsbeleid de zee als land dient te behandelen. Hierin ligt een centrale rol voor de Nederlandse Kustwacht en de Koninklijke Marine voor de hand. Tegelijkertijd moeten private partijen die op de Noordzee verantwoordelijk zijn voor vitale infrastructuur nauw betrokken worden bij centraal aangestuurde veiligheidsinitiatieven om de Noordzee veilig te houden.

Lees het HCSS rapport ‘The High Value of The North Sea’ op www.hcss.nl/report/high-value-of-the-north-sea/

Dit artikel verscheen eerder in de Militaire Courant, editie september 2022. 

De Militaire Courant is mede mogelijk gemaakt door Noventas verzekeringen

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.